Veel waterschappen gebruiken het rioolslib als basis voor vergisting, het digestaat wordt veelal geperst en gedroogd en afgevoerd en daarna gebruikt als brandstof in de cement industrie. Het biogas wordt in een wkk omgezet in elektriciteit en warmte. De elektriciteit wordt geleverd aan het net en de warmte wordt gebruikt ten behoeve van het zuiveringsproces en het opwarmen van het vergistingsubstraat. Feitelijk wordt dankzij het vergisten veelal in zo’n 30% van de eigen energiebehoefte voorzien.
Alle waterschappen streven naar een verhoogde energieproductie vanuit de rioolwaterzuiveringsinstalaaties (RWZI).
Meerdere waterschappen hebben onderzoek gedaan naar mogelijkheden om de biogasproductie bij de RWZI te vergroten door verbeterde vergisting, slibvoorbehandeling, de inzet van toegevoegde substraten. Daarnaast is onderzocht of wat de effecten zijn nieuwe sanitatie, waarbij in de huizen al scheiding plaats vindt van het grijze en het zwarte water en het zwarte water bovendien in geconcentreerde vorm apart wordt afgevoerd via een speciaal aan te leggen rioolleiding. Ook is het mogelijk het gf-afval via het riool toe te voegen aan het geconcentreerde zwart water. Onderzoek van Tauw en Saxion samen met de STOA, Groot Salland en de gemeente Deventer heeft duidelijk gemaakt dat de energieopbrengst ten gevolge van het benutten van nieuwe sanitatie groter wordt. Interessanter is echter de besparing van het energieverbruik van de RWZI zelf door anaerobe zuivering die mogelijk wordt door gemaakt door nieuwe sanitatie. Wanneer de RWZI’s gezien worden als een onderdeel van een Groen Gas infrastructuur ontstaan veel mogelijkheden voor synergie. Dit betreft o.a. het gecombineerd opwerken en invoeden van het geproduceerde gas in het aardgasnet, wellicht in collectief verband – de groen gas hub. Ook lijken de RWZI’s aantrekkelijke locaties voor vergisting van mogelijk verschillende vergistbare reststromen. Er is infrastructuur voor het transport van het te vergisten substraat (o.a. mest) en het af te voeren digestaat. Het is wellicht zelfs mogelijk biomassastromen en mest samen met het rioolslib te vergisten. Ook is het wellicht mogelijk digestaatverwerking van de boeren te combineren met dat van de RWZI. Uiteraard is het van belang dat deze groen gas optie wordt vergeleken met ‘ concurrerende’ opties die duurzaamheid beogen en de opwekking van (extra) biogas en opwerking in een breder kader te plaatsen. Gedacht kan worden aan nuttig gebruik van warmte uit de WKK voor warmtedistributiedoeleinden en bijvoorbeeld de opties om (rest)stoffen zoals fosfor op te werken tot nieuwe grondstoffen. Criteria zijn hierbij: kosten en opbrengsten, milieu in brede zin en (zuivering/leverings)zekerheid.
Partners:
Saxion ; Institut für Abfall, Abwasser Site und Facility Management e. V ; Kläranlage Emsdetten ; Waterschap Reest en Wiede ; Waterschap Regge en Dinkel
1. Het ontwikkelen van een integraal concept voor de RWZI als producent van groen gas; Hierbij wordt de verminderde elektriciteitsbehoefte van de RWZI ten gevolge van de anaerobe zuivering zo mogelijk ingevuld met locale duurzame energiebronnen (zon, wind en waterkracht)
2. Het optimaliseren van de energieproductie door het realiseren van synergie met andere producenten van biogas en door het inpassen van de RWZI in de Groen Gas hub;
3. Het ontwikkelen (en verspreiden) van (Europese) kennis op het gebied groen gas en de rioolzuivering;
4. Het bijdragen aan de ontwikkeling van kansen voor nieuwe ondernemingen op het gebied van groen gas/biogas/rioolslibverwerking en digestaatverwerking;
5. Het ondersteunen van ontwikkelingen gericht op het tot stand brengen van regionale energiebedrijven.